Verslag van SEO naar GEO 

Wat een vol huis bij de Clinic van SEO naar GEO bij Beeckestijn Business School. De GEO-kennishonger is groot! We gaan van een zoekmachinetijdperk naar een antwoordmachinetijdperk. Een taalmodel is je nieuwe bezoeker. Je klanten oriënteren, informeren zich steeds vaker via ChatGPT en andere taalmodellen.

GEO clinic Beeckestijn Business School

 In dit verslag ontdek je: 

  • Wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen SEO, CRO en GEO
  • Hoe het brein van een taalmodel je tekst ‘leest’ en ‘verwerkt’ tot een antwoord
  • Waarom je altijd begint met een 0-meting met LLM trackingtools
  • Waarom (opr)échte unieke kwalitatieve content het altijd wint van korte termijn kwantiteit. 


Wil je direct de presentatie bekijken? Klik dan op de button hieronder. 

Bekijk en download de presentatie


Veel leesplezier en succes met het toepassen van je inzichten


We staan aan het begin van een nieuwe fase in online marketing.


Waar we jarenlang schreven voor zoekmachines zoals Google, schrijven we nu voor taalmodellen zoals ChatGPT. We gaan van SEO (Search Engine Optimization) naar GEO (Generative Engine Optimization). Niet langer draait het om wie bovenaan staat in de zoekresultaten, maar om wie door AI wordt genoemd, geciteerd of gebruikt in een antwoord. De vraag verandert van “Hoe kom ik bovenaan in Google?” naar “Hoe komt mijn tekst in het antwoord van ChatGPT?”

ChatGPT vervangt stap voor stap het klassieke zoekgedrag. In plaats van klikken op tien blauwe linkjes krijgt de gebruiker direct één antwoord. Daarom wordt jouw tekst pas echt zichtbaar als die door een AI wordt herkend als betrouwbaar, relevant en goed gestructureerd. GEO is dus niet het einde van SEO, maar de evolutie ervan. De spelregels zijn hetzelfde: je schrijft nog steeds om vragen te beantwoorden. Alleen de lezer en je bezoeker is nu steeds vaker een taalmodel.


Hoe een taalmodel leest


Een taalmodel zoals ChatGPT leest anders dan een mens. Het scant niet, maar ontleedt je tekst op structuur en betekenis. Het kijkt naar patronen, verbanden en autoriteit. Wat je schrijft moet logisch zijn en in duidelijke brokken geschreven en opgebouwd (chunks) . Gebruik korte zinnen en maak feiten expliciet met zogenaamde semantic triplets: onderwerp, relatie, object. Bijvoorbeeld: “Drs Leenarts ontwikkelt huidvriendelijke zonnebrand.” Zulke zinnen zijn voor een taalmodel makkelijker te begrijpen en dat helpt weer bij de indexering.


Meer lezen? Deze week breid ik het verslag uit. Voor nu alvast veel plezier met het (na)lezen van de presentatie.